Antidepressiva

Auteur(s): Risselada, A.

In Nederland zijn verschillende soorten antidepressiva op de markt. Ze hebben met elkaar gemeen dat de antidepressieve werking pas na één tot twee weken begint, en dat ze direct of indirect zorgen voor een toename van neurotransmitters in de synapsspleet, met name serotonine en norepinefrine.

Antidepressiva worden behalve bij depressies ingezet bij andere aandoeningen, bijvoorbeeld neuropathische pijnen en angststoornissen. De belangrijkste bijwerkingen zijn maag-darmstoornissen en seksuele stoornissen. De belangrijkste interacties kunnen leiden tot bloedingen, het serotoninesyndroom en het kaassyndroom.

Daarnaast worden sommige enzymen in de lever geremd door fluoxetine, paroxetine en fluvoxamine, en worden de enzymen in de lever gestimuleerd door sint-janskruid. Antidepressiva zijn alleen verkrijgbaar in toedieningsvormen voor oraal gebruik.

Editie 1, 2013 Download artikel

Inloggen